Tekepijp met twee figuren

maart 2024

Tekepijp met twee figuren

In deze tabakspijp is de basisvorm van de Europese bruyère zichtbaar, al is de interpretatie volledig Afrikaans. We zien een cilindervormige pijpenkop met een oplopende steelaanzet. Vanwege het zachte hout waaruit de pijp gesneden is, heeft de maker de binnenzijde van de ketel van plaatmetaal voorzien om inbranden te voorkomen. Dit is grondig aangepakt, met eerst een band rond de bovenkant van de kop en vervolgens de binnenketel, waarvan het metaal over de rand is ingeknipt en omgevouwen. Het voorwerp is met twee stukjes snijwerk opgesierd. Het meest dominant is een figuur die aan de voorzijde van de ketel kleeft en duidelijk kubieke kenmerken vertoont. Let op de handen en voeten, maar ook op de vierkantige sik. De tweede figuur heeft hetzelfde karakter maar bestaat slechts uit een eenvoudig maskertje dat het eind van de tige markeert. Bij beide figuren zijn delen met zwarte kleurstof aangezet zoals het hoofdhaar en de sik. Een los bijgesneden houten roer maakt het mogelijk om de pijp te roken. Dat onderdeel zou bij een Europese pijp van gevulkaniseerd rubber gemaakt zijn, hier is een lokale houtsoort toegepast in een voor ons ongebruikelijke curve. Later gebruikt de stam vaak metaal als roer. De kubieke uitvoering van de figuren en de stijlkenmerken van het gelaat wijzen op vervaardiging door de Teke, een volk dat langs de oevers van de Congorivier woont. De datering van deze pijp ligt in de eerste helft van de twintigste eeuw. De uitbeelding van de figuur voorop de pijp werd zo populair dat deze nog tot aan het eind van de twintigste eeuw geregeld is nagesneden.

Amsterdam Pipe Museum APM 24.709

Permalink