Stummels voor iedereen
Vanaf 1840 is de Duitse stummel, de pijpenkop met de ovale ketel en knophiel, algemeen ingeburgerd. Sterker nog, er is zelfs van overproductie sprake waardoor de klantenkring wordt verbreed met de minder draagkrachtigen. Dankzij deze overproductie wordt de porseleinen pijp nu dus ook voor de gewone man bereikbaar. Daarbij wordt een kwalitatief mindere porselein gebruikt dat vlotter en sneller beschilderd wordt.
Zoals bij zo veel voorwerpen van kunstnijverheid zakt de kwaliteit van de schildering. Na 1850 wordt deze vlotter en steeds vaker verdwijnt de handgeschilderde uitbeelding om plaats te maken voor het inschilderen van een plaatje of zelfs een gedrukte voorstelling. Gelijktijdig veranderen de galante uitbeeldingen en worden jachtvoorstellingen populair.
Een afzonderlijke groep vormt de op bestelling gemaakte pijpenkop, waarop een persoonsnaam met toepasselijk opschrift en jaartal voorkomt. Populair worden huwelijksjubilea, maar ook beroepsuitbeeldingen. Deze pijpenkoppen worden op bestelling bij een zogenaamde Hausmaler geschilderd die de onbeschilderde koppen bij de grote fabrieken bestelt.
Vanaf 1880 ontstaat de esthetisch minder interessant voorstellingen voor de reservisten. Dergelijke pijpen, doorgaans gemonteerd aan een extreem lange steel, werd aan soldaten uitgereikt als herinnering aan hun diensttijd. Reservistenpijpen behoren tot de ultieme massa-artikelen en zijn het laatste succes van de porseleinen pijp. Nog voor de Eerste Wereldoorlog verdwijnt de stummel van de markt, behalve dan als artikel voor de toerist. Voor dit doel blijft de belangstelling bestaan en vandaag de dag is er nog sprake van een forse productie. Duidelijk is wel dat het geen pijpen meer zijn voor een serieuze roker.