Collectienummer:
APM 16.928 |
Deelcollectie:
opiumpijpen |
Titel:
opiumpijp |
Trefwoord:
loodinlegwerk |
Beschrijving:
Opiumpijp van bamboe met lange buisvorm met voor het eind een zadelvormige aanzet voor een ketel. Bamboe versierd met ingesneden concentrische ringen waaraan geometrische figuren, meest driehoeken. Eindstukken met bruinzwarte hoornen band versterkt. |
Datum:
Periode | 1850 - 1900 |
Maten:
Algemeen | Hoogte | 4 cm |
Lengte | 46,5 cm | |
Gewicht | 228 gram |
Kenmerken
Pijptype | buisvorm |
Materiaal | bamboe (hout) |
Techniek | gesneden |
Kleur | bruin |
Overige materialen | buffelhoorn (dierlijk materiaal) |
Afwerking | inlegwerk, lood |
Gebruikssporen | gerookt |
Productie
Continent | Azië |
Regio internationaal | Zuidoost-Azië |
Land | Indonesië |
Regio nationaal | Sumatra |
Volk | Batak |
Aanwinst
Jaar | 2003 |
Provenance | 's-Hertogenbosch, Ruud van Thiel |
Utrecht, Douwe Egberts Pijpenkamer, 2003, nr V737 | |
Amsterdam, veilinghuis Mak van Waay, veiling 182, lot 3442, prijs c. Dfl. 50. |
Commentaar
In collectie KIT, Amsterdam drie soortgelijke pijpen afkomstig van noord Sumatra, de Karohoogvlakte ten noorden van het Toba meer. Het tin voor het inlegwerk is geïmporteerd uit Banka-Bilition. De motieven zijn typisch Batak. |
Literatuur
Don Duco, Opium & opiumschuiven, een bronnenboek. Amsterdam, 2006. p 120, foto 67. Dit exemplaar. |
If you have any comments, suggestions or additions, click here to send us an email